Home

Père Hubert

Nieuws

Agenda

Teksten/
geluidsfragmenten

Video

Contact

Als het doek valt zal ik bij je zijn

In het holst van de nacht, als de maan naar ons lacht
en ik de wijsheid in de sterren ziet staan
En ik worstel en zwoeg, maar dat blijkt niet genoeg
op de weg die we moeten gaan
En als ik ’s morgens vroeg vraag, waar ik heen moet vandaag
Zet Hij mij op dezelfde trein
we komen en gaan en daar doe je niks aan
maar als het doek valt zal ik bij je zijn

doe maar gewoon zonder enig vertoon
we staan allemaal in de rij
ik huil en ik lach, wordt gekweld elke dag
door wat ik nooit bedoelde of zei
de wind in het bos maakt de takken niet los
iedereen zingt hetzelfde eigen refrein
we zingen in koor en we dansen maar door
maar als het doek valt zal ik bij je zijn

je bent klein, je bent groot, voor je ’t weet ben je dood
daar is een levenlang niets aan te doen
nog bedankt tot besluit en ze verdelen de buit
de liefde de haat en de poen
een enkel moment, dat is wat je bent
breekbaar als teer porselein
dat zo maar verschijnt en even snel weer verdwijnt
maar als het doek valt zal ik bij je zijn

aan de roos die ik vond heb ik mij vaak verwond
onderweg op het duistere pad
zo vaak ging het stuk, kortstondig geluk
ik had nooit wat ik dacht dat ik had
ik lach naar de maan in dit aardse bestaan
en als ik kan verbijt ik de pijn
maar het is waar wat ik zeg: ik ga bij jou nooit meer weg
En als het doek valt zal ik bij je zijn

tekst: Hubert Bosua
muziek: Bob Dylan


Terug